Honden

Chippen en registreren

Het is sinds een aantal jaar verplicht uw hond te laten chippen. Een puppy moet op een leeftijd van zeven weken gechipt en geregistreerd zijn met een Europees paspoort. Het is niet ongewoon dat een pup wel gechipt is, maar niet geregistreerd als hij of zij naar een nieuwe eigenaar gaat. Ook vergeten sommige eigenaren de chipregistratie aan te passen. Via de website www.chipnummer.nl kan de registratie van de chip worden gecontroleerd. Het is ook mogelijk de registratie in de kliniek aan te laten passen.

Vaccinatie

Jonge dieren zijn zeer vatbaar voor ziekten. Het is daarom belangrijk uw nieuwe pup volgens het vaccinatieschema te enten. Het standaardschema hiervoor is vaccinaties met zes, negen en twaalf weken. Na deze puppyvaccinaties worden de vaccinaties afgerond op een leeftijd van een jaar. Volwassen honden hoeven maar één keer per jaar geënt te worden. Als u met uw hond naar het buitenland gaat, moet de hond minstens drie weken voor vertrek een hondsdolheidvaccinatie krijgen. Dit kan vanaf een leeftijd van 12 weken. De vaccinatie is drie jaar geldig.

Parasieten

Puppy’s kunnen via de moedermelk of in de baarmoeder besmet raken met wormen. Regelmatige ontworming is daarom belangrijk. Mensen kunnen ook geïnfecteerd raken met spoelwormen. Het algemene behandeladvies is ontworming geven in de tweede, vierde, zesde en achtste week. Na die tijd volstaat maandelijkse ontworming tot de hond zes maanden is. Daarna kan er vier keer per jaar ontwormd worden.

Vlooien kunnen meekomen uit het nest. Pups mogen vanaf een leeftijd van zes weken behandeld worden tegen vlooien. Meestal gebeurt dit met een tablet of pipet. Deze ontvlooiingsmiddelen werken vier weken. Een andere optie is een vlooienband.

Het is ook mogelijk teken in de vacht te vinden. Dit zijn spinachtige parasieten die nare ziektes over kunnen brengen. Ook voor deze parasiet zijn er beschermingsmiddelen beschikbaar.

Voeding puppy

Een groeiende hond verbruikt meer energie dan een volwassen hond. Daarnaast moeten ze een uitgebalanceerde verhouding van o.a. calcium en eiwitten binnenkrijgen voor een goede skeletopbouw. We adviseren daarom om tot een leeftijd van een jaar puppyvoeding te geven. Voor grote(re) hondenrassen is dit anderhalf jaar. Wissel de voeding geleidelijk.

Socialisering en verzorging

Het is belangrijk om een pup zo vroeg mogelijk te laten wennen aan verzorgingsroutines, zoals borstelen, nagels knippen en tanden poetsen. Hoe vroeger u begint met het aanleren, hoe meer frustraties het later scheelt. Een puppycursus is ook belangrijk voor socialisering. Dit zowel voor het trainen van uw pup als de band tussen u en uw hond.

Jaarlijkse vaccinaties

Gezonde dieren zijn ons belang. Vaccinaties kunnen uw hond bescherming bieden tegen gevaarlijke hondenziektes. Wij vaccineren jaarlijks om de weerstand van uw hond op peil te houden, maar geven niet jaarlijks de volledige cocktail. Zo vaccineren wij op maat.

Basisvaccinaties

Hepatitis

Het virus dat hepatitis veroorzaakt wordt verspreid via de urine van besmette honden. Geïnfecteerde honden krijgen last van een leverontsteking. Symptomen hiervan zijn sloomheid, braken, geelzucht en veel drinken en plassen.

Hondenziekte (ziekte van Carré)

Dit zeer besmettelijke virus kan ontstekingen aan de voorste luchtwegen, darmproblemen en hersenvliesontsteking veroorzaken. In veel gevallen loopt een infectie dodelijk af. Overlevende honden houden in veel gevallen hersenletsel over.

Leptospirose (o.a. ziekte van Weil)

Bacteriën, genaamd leptospiren, veroorzaken de ziekte van Weil. Besmetting met de bacterie vindt in veel gevallen plaats tijdens het zwemmen, bij contact met rattenurine of met besmette honden. Leptospiren richten grote schade aan in de lever en nieren. Het resultaat hiervan is hoge koorts, donkergele urine en gele slijmvliezen. De bacterie is ook besmettelijk voor mensen, wat bescherming des te belangrijker maakt. De vaccinatie biedt bescherming tegen vier soorten leptospiren.

Parvo

Parvo is een besmettelijke virusziekte. Het veroorzaakt een ernstige darmontsteking, wat een hond erg ziek maakt. Hij gaat braken en heeft bloederige diarree. Bij jonge honden loopt de ziekte vaak fataal af. Helaas zien we deze infectie nog regelmatig.

Overige vaccinaties

Besmettelijke hondenhoest (kennelhoest)

Hondenhoest is een zeer besmettelijke luchtweginfectie die door bepaalde virussen wordt veroorzaakt. Infectie verloopt vaak via andere besmette honden of door contact met speeksel van een besmette hond. Omdat de ziekte zo besmettelijk is, raden wij aan uw hond in te enten als hij veel in contact komt met andere honden. Vaccinatie is vaak verplicht als de hond naar een show of pension gaat.

Hondsdolheid (rabiës)

Als u met uw hond naar het buitenland gaat, is een rabiësvaccinatie verplicht. Deze vaccinatie moet genoteerd staan in het paspoort van uw hond en minstens drie weken van tevoren gegeven worden. Naast deze vaccinatie moet uw hond gechipt en geregistreerd zijn. Informeer voor vertrek naar de regels in het land van bestemming en de regels van de landen waar u doorheen reist.

Op maat vaccineren

Eerder was het gebruikelijk om honden jaarlijks tegen alle ziektes te enten. Wetenschappelijke onderzoeken hebben echter aangetoond dat dit in veel gevallen overbodig is. Wij vaccineren daarom ‘op maat’. Dit wil zeggen dat we voor ziektes Hondenziekte, Parvo en Hepatitis een keer in de drie jaar vaccineren. De vaccinatie voor Leptospirose geven we wel jaarlijks, aangezien de weerstand hiervoor jaarlijks terugloopt.

Titeren

Het is mogelijk uw hond te laten titeren. Hierbij kijken we door middel van een bloedtest hoeveel antistoffen er nog in het bloed aanwezig zijn. Op basis van deze resultaten vaccineren we uw hond wel of niet.

Antiparasitaire middelen

Middelen die uw hond beschermen tegen vlooien, teken en wormen noemen we antiparasitaire middelen. Ons advies voor ontworming is om het één keer per half jaar tot één keer per maand aan uw hond te geven, afhankelijk van hoeveel uw hond in aanraking komt met andere honden en aarde. Vlooien zijn het hele jaar door actief. Het is dus belangrijk uw hond maandelijks te ontvlooien. Hetzelfde geldt voor antitekenmiddelen. Teken kunnen meerdere soorten bacteriën doorgeven waar uw hond erg van kan worden. Hou ook rekening met inheemse parasieten als uw hond meegaat op vakantie.

Er kunnen meerdere redenen zijn om loopsheid bij de teef te voorkomen. De voornaamste reden is om een ongewild nestje te voorkomen. Ook kunnen er medische redenen zijn om geen loopse teef te willen. We hebben zijn meerdere mogelijkheden om loopsheid tegen te gaan voor u op een rij gezet.

Loopsheid voorkomen

Teven worden gemiddeld twee keer per jaar loops. Een loopse teef is vruchtbaar en zal dan proberen drachtig te worden. Omdat de teef in die periode ook bloed verliest, kan dit onhandig en onhygiënisch in huis zijn. Bovendien kan ze last krijgen van schijndracht, wat hinderlijk gedrag kan veroorzaken en waardoor ze soms zelfs stoppen met eten.

Loopsheid kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van uw hond. De langdurige verhoging van het hormoon progesteron kan op de lange duur tot ontwikkeling van melkkliertumoren, baarmoederontsteking en suikerziekte leiden. Door op jonge leeftijd loopsheid te voorkomen, kunnen deze problemen worden tegengegaan.

Sterilisatie

De meest eenvoudige manier om loopsheid te voorkomen is een sterilisatie. Bij deze operatieve ingreep worden de eierstokken en soms de hele baarmoeder verwijderd.

Voor de sterilisatie wordt de teef voor een dag(deel) opgenomen. Onder narcose maken we een kleine snede in het midden van de buik. Via deze snede verwijderen we de eierstokken. De teef moet na de operatie ongeveer een week rustig aandoen om de wond te laten helen. Direct na de operatie is de teef niet meer vruchtbaar. De loopsheid blijft daarmee voor de rest van het leven uit. Nadelen van een sterilisatie kunnen zijn dat de vacht verandert en dat een gesteriliseerd teefje eerder last kan krijgen van urine-incontinentie op latere leeftijd. Deze kans verschilt per ras.

Alternatieven voor steriliseren: hormonen toedienen

De loopsheid van een teef kan ook voorkomen worden door het toedienen van een injectie. Er zijn twee soorten antiloopsheidinjecties beschikbaar: een kortwerkende en een langwerkende injectie (vijf tot zes maanden). Het nadeel van de langwerkende injectie is dat deze op de lange termijn dezelfde problemen als loopsheid kan veroorzaken, zoals melkkliertumoren en baarmoederontsteking. De kortwerkende injecties zijn veiliger wat betreft gezondheidsproblemen. Het nadeel van deze injecties is dat ze vaker gegeven moeten worden en dat er pijn of verkleuring van de vacht plaats kan vinden op de plaats van de injectie. Het kan een geschikte uitkomst zijn als uw hond naar het pension moet, maar u er in de toekomst nog mee wilt dekken.

Naast de injecties zijn er hormoonimplantaten beschikbaar. Deze onderdrukken de loopsheid. Het implantaat wordt onder de huid aangebracht. Alhoewel de implantaten soms op teven worden gebruikt, zijn ze bedoeld als chemische castratie voor reuen. Om die reden zijn ze dan ook niet geregistreerd als officiële anticonceptie voor teven. Het nadeel van de implantaat is dat de duur van het implantaat niet goed voorspelbaar is en dat het de teef in het begin juist heftiger loops kan maken.

Zoals u kunt lezen zijn er veel negatieve bijwerkingen mogelijk, daarom gebruiken wij deze middelen niet als alternatief voor sterilisatie.

Wat is de beste methode?

Sterilisatie is over het algemeen de beste manier om een teef onvruchtbaar te maken en bepaalde gezondheidsaandoeningen te voorkomen. Factoren zoals leeftijd, gezondheidstoestand, fokkerij en thuissituatie kunnen dit advies echter veranderen. Bespreek daarom met uw dierenarts wat de beste optie is voor u en uw teef.

Net als bij teven heeft u als eigenaar de keuze om uw hond te laten castreren. Een reu laten castreren kan verschillende voordelen bieden. Zo kunnen gedragsproblemen voorkomen worden en blijft de reu rustig in de buurt van een loops teefje. Met name op plaatsen waar veel andere honden zijn komt dit van pas. Naast gedragsproblemen voorkomen is de kans op prostaatproblemen op latere leeftijd kleiner. Ook kan het zijn dat de reu een minder sterke geur afgeeft.

Het is mogelijk om uw reu chemisch te castreren. Dit gebeurt met implantaten die zorgen voor een tijdelijke onvruchtbaarheid. Mocht u twijfelen over castreren kan een implantaat laten zien of het een verschil in gedrag maakt. Ook kan het van pas komen als uw reu bijvoorbeeld naar een pension gaat en tijdelijk onvruchtbaar moet zijn. Vraag om meer informatie in de kliniek.